Dominee Lydia Kansen-Brasz is sinds 2013 predikant van de Nieuwe Kerk.
Ze is daarnaast verbonden aan de vernieuwingsbeweging New Wine. Via de mail kun je contact opnemen met Lydia.
In het najaar van 2017 geeft ze in een interview antwoord op drie vragen over de eerste jaren van haar aanstelling.
De Nieuwe Kerk als kerkgemeente past erg goed bij jou. Welke elementen zorgen daarvoor?
“Toen ik kwam was er veel behoefte aan verdieping, terwijl het project waaraan ik ging werken behoorlijk actiegericht was. Vanaf het begin is het gelukt om hier een goede vorm voor te vinden, namelijk door het investeren in mensen en werken aan missionair gemeente zijn.”
Hoe kijk je terug op de afgelopen jaren?
“Ik kijk heel dankbaar terug. Het was bij tijden intensief en veel, maar gaf altijd voldoening. Ik beschouw het als een voorrecht om op te trekken met mensen die zoeken naar de betekenis van geloof in hun leven van alledag. Het valt me op dat veel jonge mensen, die tijdens hun studietijd betrokken waren bij het geloof dat ze van huis uit meekregen en actief meededen bij een christelijke studentenvereniging, na hun studie zich af gaan vragen of leven met God wel echt iets voor hen is. Je kunt ook prima zonder God en Jezus en de kerk leven. Als je het daarover hebt, dan deel je heel fundamentele vragen en twijfels, maar ook verlangen en geloof. Daarin een schakel te mogen zijn, waardoor God een kans krijgt en er zelfs beleving van God komt, vind ik heel bijzonder. Dat je het vertrouwen krijgt, waardoor mensen je zomaar naar aanleiding van een dienst of praatje bij de koffie mailen over hun worsteling met God en de kerk, maakt me een dankbaar mens. Dan kunnen we samen op zoek gaan in de verwachting dat God zich door Zijn Woord en Geest laat vinden. Wat ik bijzonder vond was dat ik eens vertelde over het delen van de wezenlijke vragen van het leven. Soms gebeurt dat in groepsverband, andere keren individueel. Het is me een aantal keren overkomen dat iemand aan het eind van een avond of gesprek zei: ‘Nu heb ik voor het eerst werkelijk iets van God ervaren.’ ‘Nu snap ik hoe het zit met Jezus.’ Zoiets kun je niet maken, maar met elkaar ontvangen.”
Je werk in De Nieuwe Kerk is nog niet klaar. Waar ga je de komende periode mee verder?
“De toerusting van mensen, zodat zij op hun beurt weer anderen toerusten. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan gebedspastoraat, waardoor de afgelopen jaren al een heel aantal mensen enorm gezegend is. Daarnaast zetten we in op kringwerk en vanaf dit seizoen ook op mentoring. Oudere gemeenteleden die zich verbinden met een jongere, zodat zij hun levens- en geloofservaring kunnen delen. Gelukkig is er nu ook ruimte om het gebedswerk verder uit te bouwen, onder meer door een cursus luisterend bidden.”