Mozes is druk in de weer om het volk te redden. Het is crisis. Crisis tussen God en het volk. In een onbewaakt moment – de routines waren even gestopt, bij de Sinaï – buigen de Israellieten voor het gouden kalf. Struikelen in zonden, schuiven de God die hen bevrijdde aan de kant. Mozes pleit voor hen en krijgt voor elkaar dat God de HEER toch meegaat op weg naar het beloofde land. En dan stelt Mozes die vraag: “Toon mij uw heerlijkheid”. Crisistijd, zelfs crisis in je relatie met God kan omgedraaid worden, ten goede gekeerd, vanuit deze vraag, vanuit een verlangen naar meer van God. Op de drempel van een nieuw seizoen bidden we met elkaar: “Toon uw heerlijkheid in dit huis, tot een zegenend licht voor de volken.”
Gepubliceerd door